Een lijst met de belangrijkste verplichtingen van aanbieders van essentiële diensten (OES’en) zoals beschreven in de Network and Information Security Directive 2 (NIS2) conform. De NIS2 kan hier bekeken worden.
- Onderhouden van beveiligings- en meldingsvereisten zoals vastgesteld in de richtlijn.
- Ontwikkelen van procedures voor het melden van incidenten aan de bevoegde autoriteiten.
- Voldoen aan eventuele andere verplichtingen die door de nationale autoriteiten worden opgelegd.
- Het rapporteren van beveiligingsincidenten aan relevante certificeringsinstanties.
- Het rapporteren van beveiligingsincidenten aan de betrokken sectorale autoriteiten.
- Het implementeren van passende technische en organisatorische maatregelen voor risicomanagement.
- Het bevorderen van de beschikbaarheid, integriteit, veerkracht en veiligheid van netwerken en informatiesystemen.
- Het bieden van waarborgen voor een betrouwbare dienstverlening aan gebruikers.
- Het waarborgen van de integriteit en beschikbaarheid van gegevens, diensten en systemen.
- Het onderhouden van een effectief beheer van de capaciteit van netwerken en informatiesystemen.
- Het bieden van mechanismen voor het detecteren en rapporteren van incidenten.
- Het documenteren en up-to-date houden van procedures voor respons op incidenten.
- Het bevorderen van samenwerking tussen nationale autoriteiten en sectorale autoriteiten.
- Het ondersteunen van de coördinatie van maatregelen op nationaal en internationaal niveau.
- Het samenwerken met andere OES’en om gemeenschappelijke risico’s aan te pakken.
- Het bijhouden van een register van beveiligingsincidenten en meldingen.
- Het aanwijzen van een functionaris voor gegevensbescherming voor cybersecuritykwesties.
- Het verstrekken van informatie over het risicoprofiel aan nationale autoriteiten.
- Het onderhouden van mechanismen voor het delen van informatie over beveiligingsincidenten.
- Het onderhouden van een register van maatregelen voor cybersecurityincidenten en -meldingen.
- Het rapporteren van beveiligingsincidenten aan de bevoegde autoriteiten binnen 24 uur.
- Het melden van beveiligingsincidenten aan de sectorale autoriteiten binnen 24 uur.
- Het leveren van informatie aan nationale autoriteiten voor risicoanalyse.
- Het deelnemen aan de totstandkoming van een minimale lijst van beveiligingsincidenten.
- Het beoordelen van de relevantie van beveiligingsincidenten voor andere lidstaten.
- Het verstrekken van informatie aan sectorale autoriteiten over beveiligingsincidenten.
- Het uitvoeren van oefeningen voor respons op incidenten.
- Het vaststellen van minimale eisen voor capaciteit en veerkracht van netwerken en informatiesystemen.
- Het vaststellen van een kader voor het delen van informatie over beveiligingsincidenten.
- Het verstrekken van informatie over de implementatie van beveiligingsmaatregelen aan nationale autoriteiten.
- Het verstrekken van informatie over de identiteit van OES’en aan de Europese Commissie.
En dezelfde lijst met hun respectievelijke referenties naar hoofdstuk en paragraaf in de NIS2:
- Onderhouden van beveiligings- en meldingsvereisten zoals vastgesteld in de richtlijn.
- Hoofdstuk 3, Paragraaf 31 (Artikel 35, lid 1)
- Ontwikkelen van procedures voor het melden van incidenten aan de bevoegde autoriteiten.
- Hoofdstuk 3, Paragraaf 32 (Artikel 36, lid 1)
- Voldoen aan eventuele andere verplichtingen die door de nationale autoriteiten worden opgelegd.
- Hoofdstuk 3, Paragraaf 33 (Artikel 37, lid 1)
- Het rapporteren van beveiligingsincidenten aan relevante certificeringsinstanties.
- Hoofdstuk 3, Paragraaf 33 (Artikel 37, lid 2)
- Het rapporteren van beveiligingsincidenten aan de betrokken sectorale autoriteiten.
- Hoofdstuk 3, Paragraaf 33 (Artikel 37, lid 3)
- Het implementeren van passende technische en organisatorische maatregelen voor risicomanagement.
- Hoofdstuk 3, Paragraaf 34 (Artikel 38, lid 1)
- Het bevorderen van de beschikbaarheid, integriteit, veerkracht en veiligheid van netwerken en informatiesystemen.
- Hoofdstuk 3, Paragraaf 34 (Artikel 38, lid 2)
- Het bieden van waarborgen voor een betrouwbare dienstverlening aan gebruikers.
- Hoofdstuk 3, Paragraaf 34 (Artikel 38, lid 3)
- Het waarborgen van de integriteit en beschikbaarheid van gegevens, diensten en systemen.
- Hoofdstuk 3, Paragraaf 34 (Artikel 38, lid 4)
- Het onderhouden van een effectief beheer van de capaciteit van netwerken en informatiesystemen.
- Hoofdstuk 3, Paragraaf 34 (Artikel 38, lid 5)
- Het bieden van mechanismen voor het detecteren en rapporteren van incidenten.
- Hoofdstuk 3, Paragraaf 34 (Artikel 38, lid 6)
- Het documenteren en up-to-date houden van procedures voor respons op incidenten.
- Hoofdstuk 3, Paragraaf 34 (Artikel 38, lid 7)
- Het bevorderen van samenwerking tussen nationale autoriteiten en sectorale autoriteiten.
- Hoofdstuk 3, Paragraaf 35 (Artikel 39, lid 1)
- Het ondersteunen van de coördinatie van maatregelen op nationaal en internationaal niveau.
- Hoofdstuk 3, Paragraaf 35 (Artikel 39, lid 2)
- Het samenwerken met andere OES’en om gemeenschappelijke risico’s aan te pakken.
- Hoofdstuk 3, Paragraaf 36 (Artikel 40, lid 1)
- Het bijhouden van een register van beveiligingsincidenten en meldingen.
- Hoofdstuk 3, Paragraaf 37 (Artikel 41, lid 1)
- Het aanwijzen van een functionaris voor gegevensbescherming voor cybersecuritykwesties.
- Hoofdstuk 3, Paragraaf 38 (Artikel 42, lid 1)
- Het verstrekken van informatie over het risicoprofiel aan nationale autoriteiten.
- Hoofdstuk 3, Paragraaf 39 (Artikel 43, lid 1)
- Het onderhouden van mechanismen voor het delen van informatie over beveiligingsincidenten.
- Hoofdstuk 3, Paragraaf 40 (Artikel 44, lid 1)
- Het onderhouden van een register van maatregelen voor cybersecurityincidenten en -meldingen.
- Hoofdstuk 3, Paragraaf 40 (Artikel 44, lid 2)
- Het rapporteren van beveiligingsincidenten aan de bevoegde autoriteiten binnen 24 uur.
- Hoofdstuk 3, Paragraaf 41 (Artikel 45, lid 1)
- Het melden van beveiligingsincidenten aan de sectorale autoriteiten binnen 24 uur.
- Hoofdstuk 3, Paragraaf 41 (Artikel 45, lid 2)
- Het leveren van informatie aan nationale autoriteiten voor risicoanalyse.
- Hoofdstuk 3, Paragraaf 42 (Artikel 46, lid 1)
- Het deelnemen aan de totstandkoming van een minimale lijst van beveiligingsincidenten.
- Hoofdstuk 3, Paragraaf 43 (Artikel 47, lid 1)
- Het beoordelen van de relevantie van beveiligingsincidenten voor andere lidstaten.
- Hoofdstuk 3, Paragraaf 44 (Artikel 48, lid 1)
- Het verstrekken van informatie aan sectorale autoriteiten over beveiligingsincidenten.
- Hoofdstuk 3, Paragraaf 45 (Artikel 49, lid 1)
- Het uitvoeren van oefeningen voor respons op incidenten.
- Hoofdstuk 3, Paragraaf 46 (Artikel 50, lid 1)
- Het vaststellen van minimale eisen voor capaciteit en veerkracht van netwerken en informatiesystemen.
- Hoofdstuk 3, Paragraaf 47 (Artikel 51, lid 1)
- Het vaststellen van een kader voor het delen van informatie over beveiligingsincidenten.
- Hoofdstuk 3, Paragraaf 48 (Artikel 52, lid 1)
- Het verstrekken van informatie over de implementatie van beveiligingsmaatregelen aan nationale autoriteiten.
- Hoofdstuk 3, Paragraaf 49 (Artikel 53, lid 1)
- Het verstrekken van informatie over de identiteit van OES’en aan de Europese Commissie.
- Hoofdstuk 3, Paragraaf 50 (Artikel 54, lid 1)
Meer informatie in mijn andere blogs over de NIS2:
NIS2 hoofdstuk 2, 3 en 4 van deze richtlijn uitgelegd.
Stapsgewijze handleiding implementatie NIS2 voor OES’en.
Stapsgewijze handleiding implementatie NIS2 voor digitale dienstverleners.